Hoe help je als gemeente mensen met schulden? Gerrit Zalm weet het
za, 22 aug 2020 - 10:41
In Nederland heeft elke gemeente andere ideeën over schuldhulpverlening, en dat schiet niet op. Oud-minister Gerrit Zalm scheidt nu het kaf van het koren, om methodes waarvan bewezen is dat ze effectief zijn in het hele land onder te brengen.
Zelf had de voorzitter van het landelijke schuldhulpprogramma ook een schuld. Van 450 miljard euro. Gerrit Zalm zit aan tafel in een achterafkamertje van het weelderige Rabobank-gebouw in Utrecht en moet lachen. Hij heeft het over de staatsschuld die hij als oud-minister van financiën op zijn naam had staan. Tegenwoordig houdt Zalm (67) zich meer bezig met de hardnekkige schulden van individuen.
Zalm leidt SchuldenLabNL, een organisatie die bekijkt welke schuldhulp écht bewezen effectief is. Nu heeft simpel gezegd elke gemeente een ander hulpprogramma en weet niemand goed wat wel en niet werkt. Het is Zalms taak om de succesnummers te vinden en die landelijk aan de man te brengen. Een soort standaard ontwikkelen, dus.
Ondertussen woekert het schuldenprobleem maar voort, terwijl niemand er baat bij heeft. Geen politieke partij die het géén probleem vindt dat 700.000 Nederlanders ernstige betaalachterstanden hebben. En geen energiebedrijf of woningcorporatie die graag tijd en moeite kwijt is aan het najagen van incasso’s. Misschien kan de oud-minister helpen.
Welke methodes blijken te werken?
- De Schuldhulproute: vroege signalering van problemen om erger te voorkomen.
- Collectief Schuldregelen: grote schuldeisers in een gemeente krijgen periodiek een overzicht van nieuwe cliënten in de schuldsanering. Zij kunnen dan in één klap akkoord gaan met de voorwaarden voor kwijtschelding, wat veel tijd en bureaucratie scheelt.
- Jongeren Perspectief Fonds: vooral voor mensen tussen 18 en 27, die extra begeleiding krijgen met bijvoorbeeld een opleiding.
- Doorbraakmethode: voor mensen met veel verschillende problemen, waarvan schulden er één is. Deze methode waakt ervoor dat alle ingevlogen hulpverleners langs elkaar heen werken.
Deze week is SchuldenLabNL een jaar onderweg en uit het filterproces komen vier verschillende soorten schuldsaneringen bovendrijven. Reden voor een bescheiden feestje, deze week in een grote zaal van het glazen Rabo-gebouw, waar Zalm naast koningin Máxima zat te luisteren naar de verhalen van ervaringsdeskundigen.
Een van hen vertelde dat ze alleen hagelslag in de kast had staan en dan aan de kinderen moest uitleggen dat er de rest van de week niet veel meer op tafel kon komen. Een ander zei dat ze letterlijk onder de dekens kroop als er weer een rekening op de deurmat viel, ook al ging het maar om een klein bedrag voor de zorgverzekering. Even na de toespraken in de grote zaal schuift de goedgemutste oud-minister aan in een kleine vergaderruimte van het Rabo-gebouw.
In haar toespraak gaf de koningin u drie maanden om met resultaten te komen. Wat bedoelde ze daarmee?
“Wij willen met een groot aantal gemeenten afspreken dat ze minstens één van de vier bewezen effectieve schuldhulpmethodes gaan aanbieden aan hun inwoners. En dat vastleggen in een pact. Dat zou binnen drie maanden moeten gebeuren. Sommige deelnemers zullen alle vier de methodes willen aanbieden, sommige twee. Maar we gaan nu wel echt snel uitbouwen.”
Hebben deze vier verschillende schuldhulptrajecten die in ieder geval werken niets met elkaar gemeen? Kan dat er niet gewoon één worden?
“Nee, want ze zijn bedoeld voor verschillende doelgroepen. Er is er een speciaal voor jongeren en een dat zich meer richt op preventie. Een ander richt zich weer meer op mensen met veel verschillende sociale problemen. Het zou voor het eerst zijn dat er een standaard komt in de Nederlandse schuldhulp, ook al is er de keuze uit vier varianten.”
Er zaten net ambtenaren in de zaal die zeiden: wij hébben in onze gemeente al iets dat heel erg lijkt op één van die vier methodes, wij doen ook zoiets voor jongeren. Loopt het niet gewoon al prima in Nederland, zonder dat daar cijfers over zijn?
“Nee, dat denk ik niet. Als het echt zo op elkaar lijkt, zou ik als gemeente denken: dan pas ik het even aan zodat ons beleid precies op één lijn zit met een van de bewezen effectieve methodes. Waarom? Dan weet je zeker dat allerlei landelijke particuliere schuldeisers direct willen meedoen. Banken, verzekeraars, energiemaatschappijen kennen de regelingen dan al vanuit andere gemeenten. Ze hoeven dan niet elke keer te onderhandelen over het meewerken aan een schuldhulp. Een bank als de ING heeft helemaal niet de mensen om die gesprekken steeds opnieuw te voeren.”
Hebben gemeenten genoeg aan de decentralisatiegelden die ze voor schuldhulp ontvangen van het Rijk?
“Op zich kost hulp bieden niet zo veel geld. Het levert geld op. Goede hulp haalt mensen uit de bijstand, voorkomt dat instanties oninbare vorderingen najagen die toch nooit betaald gaan worden. Iemand zei laatst dat de maatschappelijke kosten van schuldproblematiek 14 miljard euro bedragen, terwijl de schulden zelf maar 2 miljard euro waard zijn. Ik heb geen reden om aan die cijfers te twijfelen, de koningin noemde ze vandaag ook (lacht). Maar hoewel ik gek ben op sommen maken, wil ik dit kostenaspect niet vooropstellen.”
Gerrit Zalm: ‘Je moet mensen met schulden niet laten wegrotten’
Oud-minister FinanciënAls minister van Financiën hield Gerrit Zalm (68) zich bezig met het op orde brengen van de overheidsfinanciën, nu probeert hij als voorzitter van SchuldenlabNL particulieren van hun schulden af te helpen. De noodzaak is volgens hem groter dan ooit, vooral nu door corona de werkloosheid hard oploopt en daarmee ook het aantal mensen met schulden.
Natasja de Groot 22-08-20, 08:00
Volgens ramingen van ‘zijn’ SchuldenlabNL en Deloitte belooft het aantal huishoudens met schulden dit jaar te stijgen van 1,3 miljoen naar 1,9 tot 2,6 miljoen huishoudens volgend jaar. Liefst 41 procent zou niet op eigen kracht uit de schulden komen, is de voorspelling. Zalm houdt vooral zijn hart vast voor mensen die nu al in economisch kwetsbare posities zitten, zoals flexwerkers, zzp’ers en mensen die net van school afkomen.
Verregaande maatregelen zijn nodig om te voorkomen dat een grote groep Nederlanders in financiële ellende belandt als gevolg van de oplopende werkloosheid door de coronacrisis, vindt de VVD’er. Zo moet er een groot omscholingsprogramma komen voor mensen die hun baan verliezen. Ook is een nationaal opkoopfonds voor particuliere schulden volgens hem een reële optie. ,,Doen we niets, dan komt straks een hele grote groep mensen in financiële problemen en het zal jaren duren voordat zij daar weer uit zijn.”